Meerjarenbegroting
Het meerjarenperspectief is zoals hiervoor reeds aangegeven gebaseerd op een scala aan uitgangspunten, waarbij de hoofdingrediënten de meerjarige studentenprognose en de meerjarenbegroting van de Rijksoverheid zijn. Hierbij baseert ROC MN zich op het ervaringscijfer dat op basis van het marktaandeel circa 3,5% van de landelijke mbo-bekostiging wordt ontvangen.
Bedragen x 1.000 euro | Realisatie 2018 | Realisatie 2019 | Begroting 2020 | MJB 2021 | MJB 2022 | |
BATEN | ||||||
Rijksbijdragen OCW | 142.219 | 148.713 | 153.632 | 153.907 | 154.183 | |
Overige overheidsbijdragen en Subsidies | 2.509 | 2.287 | 1.506 | 2.251 | 2.251 | |
College-, cursus-,les- en examengelden | 2.556 | 2.653 | 745 | 1.232 | 1.232 | |
Baten werk in opdracht van derden | 4.430 | 3.983 | 2.285 | 2.285 | 2.725 | |
Overige baten | 4.608 | 5.625 | 3.293 | 2.310 | 2.310 | |
TOTAAL BATEN | 156.322 | 163.261 | 161.460 | 161.984 | 162.700 | |
LASTEN | ||||||
Personele lasten | 115.299 | 117.977 | 119.604 | 118.616 | 120.061 | |
Afschrijvingen | 9.004 | 9.452 | 10.000 | 11.234 | 11.659 | |
Huisvestingslasten | 9.011 | 10.559 | 10.530 | 10.277 | 10.277 | |
Overige instellingslasten | 18.837 | 19.535 | 19.123 | 19.182 | 19.113 | |
TOTAAL LASTEN | 152.151 | 157.523 | 159.256 | 159.309 | 161.110 | |
Saldo baten en lasten gewone bedrijfsvoering | 4.172 | 5.738 | 2.204 | 2.675 | 1.590 | |
Saldo financiële bedrijfsvoering | -493 | -456 | -704 | -675 | -590 | |
TOTAAL RESULTAAT | 3.679 | 5.282 | 1.500 | 2.000 | 1.000 |
In de begroting 2020 is een geringe stijging van het aantal studenten schooljaar 2019-2020 verwerkt. Er is een positief resultaat begroot van € 1,5 miljoen. De verwachting is dat de baten uit de eerste geldstroom in 2020 zullen toenemen met € 6,9 miljoen ten opzichte van de begroting 2019. Deze stijging wordt per saldo veroorzaakt door de volgende factoren.
Toename studentenaantallen | 1,8 miljoen |
Loon- en prijscompensatie tranche 2019 | 2,8 miljoen |
Overgangsbekostiging (i.v.m. cascade) | -0,1 miljoen |
Kwaliteitsafspraken | 2,4 miljoen |
Macrodoelmatigheid | -0,7 miljoen |
Doelmatigheidskorting | -0,2 miljoen |
Wachtgeld | 0,2 miljoen |
Rijksbijdrage Vavo | 0,3 miljoen |
Volume aantal studenten | 0,6 miljoen |
Convenant Leerkracht van Nederland | 0,4 miljoen |
Lumpsumtaakstelling Voorjaarsnota 2019 | -0,1 miljoen |
Verlaging lumpsum bekostiging voor vakwedstrijden mbo en ‘’Fier Friesland’’. | -0,1 miljoen |
Versterking positie mbo-student | 0,4 miljoen |
Vrijval balanspost school maatschappelijk werk | -0,6 miljoen |
Vrijval balanspost VSV | -0,6 miljoen |
Passend onderwijs | 0,1 miljoen |
Toename besteding salarismix middelen | 0,3 miljoen |
Totaal | 6,9 miljoen |
In de eerste plaats is er een toename van het aantal studenten en diploma’s in het schooljaar 2018-2019 (€ +1,8 mln.). Voor loon- en prijscompensatie is een bedrag toegevoegd van € 2,8 mln. Daarnaast is er een verhoging te constateren bij de kwaliteitsafspraken (€ 2,4 mln.). Dit kan vooral worden toegeschreven aan de VSV prestatiesubsidie welke vanaf 2020 wordt toegevoegd aan de kwaliteitsafspraken. Daarnaast is er ook sprake van een loon- en prijscompensatie op de kwaliteitsmiddelen. Tegenover deze positieve effecten zijn er in 2020 ook diverse budgetbijstellingen die een negatief effect hebben op de baten. Belangrijke mutaties die genoemd kunnen worden zijn o.a. een overheidsbezuiniging in het landelijk mbo-budget als gevolg van te bereiken macrodoelmatigheid. Landelijk gaat het in 2020 om een bedrag van € -20 mln. (2017: €-57 mln./ 2018: € -19 mln./ 2019: € -20 mln.) Voor ROC MN betekent dit een batendaling van ruim € 0,7 mln. in 2020 en uiteindelijk cumulatief ruim € 4 mln. Ook is er een doelmatigheidskorting in het onderwijs (effect 2020 voor ROC MN: € -0,2 mln.). De bijdrage voor Vavo en wachtgeld nemen toe door een hoger marktaandeel en loon- en prijscompensatie.
Jaarlijks wordt het exploitatiebudget bijgesteld op basis van de referentieraming van de studentenaantallen. Voor ROC MN betekent dit een bedrag van € 0,6 mln positief. Voor het Convenant Leerkracht van Nederland is een bedrag toegevoegd van € 0,4 mln. t.b.v. verkorting van de carrièrepatronen en de schaaluitloop-bedragen. Vooruitlopend op het wetsvoorstel ” Versterking positie mbo-studenten’’ worden middelen (ROC MN € 0,3 mln.) aan de lumpsumbekostiging van mbo-instellingen toegevoegd. Het bedrag voor de entreestudent is ook hiervoor bijgesteld. Met deze middelen kunnen instellingen mbo-studenten voor wie dat nodig is extra ondersteuning bieden. In het wetsvoorstel wordt een zestal maatregelen aangekondigd om de positie van de mbo-studenten te verstrekken.
-
De baten en opdrachten uit de kwaliteitsafspraken 2019 – 2022 zijn volledig verwerkt in deze begroting. In totaal ontvangt ROC MN in 2020 ruim € 16,7 mln. aan baten. Dit zijn geen extra baten, maar grotendeels ombuigingen uit de lumpsum. Uit deze baten is onder andere het innovatiebudget gevormd van € 3,3 mln.
-
In de begroting komen de baten voor wachtgeld beschikbaar voor wachtgeld, mobiliteit en duurzame ontwikkeling van medewerkers.
-
De huisvestingskosten nemen ten opzichte van de begroting 2019 toe met € 0,8 mln. o.a. als gevolg van verhuiskosten en tijdelijke huurkosten in verband met de verbouwing van de Newtonbaan.
Meerjarenbalans en ontwikkeling ratio's
Table: | jvs_2019-MJ BALANS ACTIVA HFD 12balans |
Bedragen x miljoen | Realisatie 2018 | Realisatie 2019 | Begroting 2020 | MJB 2021 | MJB 2022 | |||||
EIGEN VERMOGEN | ||||||||||
Algemene reserve | 76,7 | 82,0 | 83,3 | 85,3 | 86,3 | |||||
Bestemmingsreserves | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | |||||
Overige/wettelijke reserves | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | |||||
76,7 | 82,0 | 83,3 | 85,3 | 86,3 | ||||||
VOORZIENINGEN | 14,0 | 12,1 | 7,6 | 4,9 | 4,9 | |||||
SCHULDEN | ||||||||||
Lang vreemd vermogen | 25,2 | 23,0 | 31,1 | 28,8 | 26,6 | |||||
Kort vreemd vermogen | 30,5 | 31,7 | 31,7 | 31,7 | 31,7 | |||||
55,7 | 54,7 | 62,8 | 60,5 | 58,3 | ||||||
TOTAAL PASIVA | 146,4 | 148,8 | 153,7 | 150,7 | 149,4 |
Mutaties voorzieningen en reserves
De algemene reserve loopt jaarlijks op doordat het begrote exploitatieresultaat wordt toegevoegd. Dit om de continuïteit rondom huisvestingsvraagstukken op lange termijn te kunnen borgen. De voorzieningen lopen terug in omvang. Dit komt met name doordat de verwachting is dat er aan een aantal voorzieningen slechts onttrokken wordt. Dat betreft onder andere de voorziening regeling junioren-senioren, de voorziening reorganisatie en de voorziening met betrekking op het rentederivaat. Tegelijkertijd is de verwachting dat de voorziening wachtgeld daalt doordat hier de komende jaren steeds meer actief op gestuurd zal gaan worden.
Ratio’s
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Solvabiliteit 1 | 52% | 55% | 54% | 57% | 58% |
Solvabiliteit 2 | 62% | 63% | 59% | 60% | 61% |
Liquiditeit (current ratio) | 1,8 | 1,8 | 1,8 | 1,3 | 1,2 |
Weerstandsvermogen | 49% | 50% | 52% | 53% | 53% |
Rentabiliteit | 2,4% | 3,3% | 0,9% | 1,2% | 0,6% |
Huisvestingsratio | 9,6% | 10,5% | 10,9% | 9,2% | 9,8% |
Personele lasten t.o.v. totale lasten | 76% | 75% | 75% | 74% | 75% |
De begroting 2020 is vastgesteld door RvT 11-12-2019. Het kader voor 2021-2023 is onderschreven door de RvT op 20-04-2020.
Overige rapportages
De ontwikkelingen op het gebied van risicomanagement en de aanwezigheid en werking van het interne risicobeheersings- en controlesysteem staan elders beschreven. De rapportage van de Raad van Toezicht is elders opgenomen.