Gang van zaken gedurende het verslagjaar
Het resultaat van ROC MN over verslagjaar 2019 bedraagt € 5,3 miljoen. Dit ten opzichte van een begroot resultaat van € 0,5 miljoen. Hiermee is het resultaat € 4,8 miljoen hoger dan geraamd.
Dit heeft grotendeels te maken met incidentele posten, anders dan de reguliere bedrijfsvoering.
Genormaliseerd resultaat 2019
Het genormaliseerde operationeel jaarresultaat over 2019, dus exclusief incidentele posten, bedraagt € 0,4 miljoen en laat zich als volgt toelichten:
Exploitatieresultaat 2019 volgens staat van baten en lasten in de jaarrekening | 5.282 |
Incidenteel | |
Tegenvallers: | |
Huisvesting lasten i.v.m. het Newtonbaanproject | 950 |
Eenmalig CAO uitkering | 880 |
Meevallers: | |
Niet gerealiseerde incidentele lasten professionalisering | -2.414 |
Incidenteel baten (projecten + overige baten) | -1.026 |
Effect aanvullende OCW bekostiging | -990 |
Projecten Opbrengsten Derden/Externe projecten | -907 |
Lagere afschrijvingslasten | -550 |
Inhouding cursusgeld t-2 | -530 |
Effect vrijval rentedervaat | -286 |
Genormaliseerd resultaat excl. incidentele posten | 409 |
Begroot 2019 | 500 |
Surplus 2019 | -91 |
Dit surplus van € 0,1 miljoen over 2019 kan als volgt worden gespecificeerd:
Verklaring Surplus in € 1.000 | 2019 |
Overige | -91 |
Surplus 2019 | -91 |
Het mbo laat een resultaat zien van € 5,2 miljoen. Dat is 99% van het resultaat. Het onderdeel Vavo en Bedrijfsopleidingen (BO) realiseren € 60 duizend resultaat. In navolgend overzicht wordt ook gespecificeerd welke middelen worden aangewend per activiteit (mbo, Vavo en BO). Bij BO is er sprake van een deel niet door het Rijk bekostigde activiteiten. Deze activiteiten worden ingekocht en betaald door bedrijven waarvoor de (niet bekostigde) opleidingen worden uitgevoerd.
Bedragen x € 1.000 | Realisatie 2018 | Begroting 2019 (RvT) | Realisatie 2019 | Mbo incl. diensten | Vavo | Bedrijfsopleidingen | |
BATEN | |||||||
Rijksbijdragen OCW | 142.219 | 146.770 | 148.713 | 137.960 | 4.625 | 6.128 | |
Overige overheidsbijdragen en - subsidies | 2.509 | 2.194 | 2.287 | 523 | 1.764 | 0 | |
Cursus- en examengelden | 2.556 | 0 | 2.653 | 2.653 | 0 | 0 | |
Werk in opdracht van derden | 4.430 | 2.285 | 3.983 | -150 | 0 | 4.133 | |
Overige baten | 4.608 | 3.974 | 5.625 | 5.395 | 203 | 26 | |
Totaal baten | 156.322 | 155.223 | 163.261 | 146.381 | 6.592 | 10.287 | |
LASTEN | |||||||
Personele lasten | 115.299 | 115.828 | 117.977 | 111.138 | 4.307 | 2.531 | |
Afschrijvingen | 9.004 | 10.000 | 9.452 | 9.439 | 13 | 0 | |
Huisvestingslasten | 9.011 | 9.778 | 10.559 | 10.004 | 466 | 89 | |
Overige instellingslasten | 18.837 | 18.364 | 19.535 | 12.184 | 125 | 7.226 | |
Corporate kosten | 0 | 0 | 0 | -2.063 | 1.657 | 406 | |
Totaal lasten | 152.151 | 153.970 | 157.523 | 140.703 | 6.568 | 10.252 | |
Saldo baten en lasten gewone bedrijfsvoering | 4.172 | 1.253 | 5.738 | 5.679 | 24 | 35 | |
Saldo financiële bedrijfsvoering | -493 | -753 | -456 | -456 | 0 | 0 | |
Saldo buitengewone baten en lasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Exploitatieresultaat | 3.679 | 500 | 5.282 | 5.223 | 24 | 35 |
Het resultaat over het boekjaar bedraagt € 5,3 miljoen tegenover een begroot resultaat van € 0,5 miljoen. Hierna worden de belangrijkste verschillen per post toegelicht:
Baten
De baten zijn circa € 8,1 miljoen euro hoger dan begroot.
(Bedrag x € mln) | Realisatie | Begroot | Afwijking |
Rijksbijdragen OCW | 148,7 | 146,7 | 2,0 |
Overige overheidsbijdragen en - subsidies | 2,2 | 2,2 | 0,0 |
College-, cursus-, les- en examengelden | 2,7 | 0,0 | 2,7 |
Baten werk in opdracht van derden | 4,0 | 2,3 | 1,7 |
Overige baten | 5,7 | 4,0 | 1,7 |
Totaal | 163,3 | 155,2 | 8,1 |
Baten:
-
Hogere Rijksbijdragen OCW ad € 3,9 miljoen als gevolg van prijscompensatie.
-
Hogere overige baten werk in opdrachten van derden ten bedrage van € 1,7 miljoen als gevolg van hogere projectbaten uit contractactiviteiten en externe projecten. Tegenover de opbrengsten van derden en externe projecten staan lasten van inkoop extern van ca. € 1,1 miljoen.
-
College-, cursus-, les- en examengelden zijn € 0,7 miljoen hoger dan begroot door de verrekening voor studenten cursusgeld t-2, € 0,5 miljoen. Daarnaast betreft dit diverse kleinere niet begrote baten.
-
De overige baten zijn € 1,7 miljoen hoger dan begroot door hogere projectenopbrengsten van € 1,7 miljoen. Tegenover de projectenopbrengsten staan overige lasten van ca. € 0,8 miljoen.
Lasten
De lasten zijn in totaal € 3,5 miljoen hoger dan begroot. Het verschil is opgebouwd uit de volgende posten:
(Bedrag x € mln) | Realisatie | Begroot | Afwijking |
Personele lasten | 118,0 | 115,8 | 2,2 |
Afschrijvingen | 9,4 | 10,0 | -0,6 |
Huisvestingslasten | 10,6 | 9,8 | 0,8 |
Overige instellingslasten | 19,5 | 18,4 | 1,1 |
Totaal | 157,5 | 154,0 | 3,5 |
In totaal zijn de personele lasten, zoals verantwoord in de exploitatie, € 2,2 miljoen hoger dan begroot. Dit wordt veroorzaakt door de volgende factoren:
(Bedrag x € mln) | Realisatie | Begroot | Afwijking |
Salariskosten incl. werkgeverslasten | 107,2 | 103,5 | 3,7 |
Inhuur derden | 8,4 | 9,1 | -0,7 |
Overige personele lasten | 1,5 | 2,0 | -0,5 |
Uitkeringen | -0,6 | 0,0 | -0,6 |
Totaal regulier | 116,5 | 114,6 | 1,9 |
Dotatie/vrijval voorziening | 1,5 | 1,2 | 0,3 |
Totaal personele lasten | 118,0 | 115,8 | 2,2 |
Lasten:
-
Hogere salarislasten (€ 3,7 miljoen) als gevolg van stijging lonen, salarisverhoging en de stijging pensioenpremie en een eenmalige uitkering over het jaar 2019.
-
Lagere overige personele lasten (€ 1,9 miljoen) door minder inhuur personeel, meer onttrekking van vast personeel en meer vergoeding Uszo € 0,6 miljoen.
-
Hogere dotatie personele voorzieningen (€ 0,3 miljoen) met name door hogere dotatie voorzieningsregeling duurzame inzetbaarheid € 0,3 miljoen.
-
Lagere afschrijvingskosten ad. € 0,6 miljoen als gevolg van het uitstellen van investeringen in inventaris en apparatuur, welke wel in de begroting waren opgenomen.
-
Hogere huisvestingslasten ten bedrage van € 0,8 miljoen als gevolg van gerealiseerde en niet begrote exploitatiekosten i.v.m. het Newtonbaanproject.
-
Hogere instellingslasten (€ 1,1 miljoen) als gevolg van groei aantal studenten schooljaar 2017-2018 en 2018-2019.
-
Lagere financiële lasten ten bedrage van € 0,3 miljoen als gevolg van vrijval rentederivaten € 0,3 miljoen.
N.B. In 2019 had het ROC MN 508 meer studenten dan in 2018. Hierdoor moest een bedrag van € 1,9 miljoen worden voorgefinancierd.